Veel eeuwenlang overgebleven Marokkaanse architectuur
De architectuur van Marokko kent een grote verscheidenheid aan stijlen. Die verscheidenheid is vooral het gevolg van achtereenvolgende bouwstijlen door de eeuwen heen tot en met moderne bouwwerken. Vooral het stadsbeeld van de vier zogenaamde koningssteden is op architectonisch gebied zeer boeiend en trekt veel bewonderaars. Centraal binnen de bebouwing staat meestal een moskee die rijk versierd is en gedomineerd wordt door een minaret. Maar ook de vele andere bouwwerken kenmerken zich door rijke versiering van onder meer plafonds en prachtig stucwerk en tegelwerk.
Drie dynastieën met Arabo-Andalusische architectuur
Zeer gewaardeerde
architectuur is de Arabo-Andalusische die drie dynastieën achter elkaar tot stand kwam. Dat waren de dynastieën van de Almoraviden, de Almohaden en de Meriniden. Die architectuurrichting vond zijn oorsprong in de in het Spaanse Cordoba ontwikkelde kunst die op zich weer was gebaseerd op de kunst van de Omajjaden. Vanaf de elfde eeuw bereikte die kunstvorm Marokko en ontstond de Arabo-Andalusische architectuur.
Almoraviden
Helaas zijn de bouwwerken uit de eerste
periode van de Almoraviden veelal door de Almohaden vernietigd.
Almohaden
De Almohaden pasten veel vernieuwing toe zoals vele soorten bogen en bijvoorbeeld een kapiteel in de vorm van een palmblad. Voorbeelden van hun architectuur zijn de Koutoubia van Marrakech en de Hassan moskee van Rabat.
Meriniden
In de tijd van de Meriniden van de dertiende tot de vijftiende eeuw was Fez de hoofdstad van Marokko. De architectuur stond in die periode onder invloed van de vele Arabische en Joodse vluchtelingen die naar Marokko trokken. Uit die tijd zijn vooral veel kleine
religieuze gebouwen overgebleven alsmede grote toegangspoorten en privéwoningen in de Andalusische stijl.
Decoratie in de architectuur
In de Marokkaanse architectuur zijn veel
mozaïekvloeren te vinden in moskeeën, paleizen en riads evenals houten plafonds en gestucte muren die betegeld zijn.
Houten plafonds
De houten plafonds waren oorspronkelijk vooral beschilderd in de kleuren rood, wit en zwart. Moskeeën uit de twaalfde eeuw hebben dikwijls een plafond met de vorm van een afgeknotte piramide.
Stucwerk
De stuctechniek die was overgenomen van de Omajjaden werd onder meer toegepast in Marrakech in het paleis van Ali ben Youssef en in Fez in de Kairaouine-moskee. Aanvankelijk was het stucwerk bij de Almohaden vrij eenvoudig en werden onder meer palmmotieven gebruikt. Later werden ingewikkelde patronen toegepast door de Meriniden waarvan de madrasa Bou Inania in Fez een goed voorbeeld is. In de Alawitische periode kwam vooral beschilderd stucwerk voor in privéwoningen. Ook in deze tijd (anno 2018) is deze manier van stucwerk toepassen nog steeds populair.
Tegelwerk
Vanaf de elfde eeuw wordt in de Marokkaanse architectuur
tegelwerk toegepast op muren, vloeren en zuilen van bouwwerken en paleizen. Aanvankelijk vooral witte en groene tegels maar later rijk
versierd met
geometrische figuren. Ook wordt in nieuwe bouwwerken nog steeds veel tegelwerk toegepast met een goed voorbeeld het hoofdpostkantoor in Casablanca en de Hassan II moskee.